Direct naar content

Ordemaatregel als oplossing?

Rapport

Verzoeker is lid van een wijkorganisatie en heeft vaak contact met de gemeente. Zij merkt op een gegeven moment, dat een medewerker van de gemeente een GIR-melding over haar heeft gedaan. Dat is een melding van grensoverschrijdend gedrag. Ook merkt zij dat de gemeente haar e-mailberichten omleidt. Raadsleden ontvangen daardoor e-mailberichten van haar niet direct. Als zij hierover een klacht bij de gemeente indient, wordt de omleiding opgeheven. Maar zij blijft met veel vragen achter.

Zij klaagt er bij de ombudsman over dat dat de gemeente niet zorgvuldig te werk is gegaan bij de beslissing over de omleiding. En ook niet bij de behandeling van haar klachten. De ombudsman vindt haar klachten gegrond.

De gemeente heeft de beslissing niet goed voorbereid. Zij heeft van tevoren onvoldoende onderzoek gedaan.

De omleiding is een zogenoemde ordemaatregel. De gemeente kan besluiten tot een omleiding op grond van haar agressiebeleid. Er is voor die beslissing dan wel een GIR-melding nodig. De GIR-melding heeft de gemeente in deze zaak achteraf ontvangen. Nadat zij de beslissing over omleiding al had genomen. En de verzoeker heeft van tevoren niet de mogelijkheid gehad om haar visie te geven (wederhoor).

De gemeente heeft de beslissing genomen kort nadat het stadsdeel om hulp had gevraagd. Hulp, omdat de communicatie niet goed liep tussen het stadsdeel en de wijkorganisatie, met name met verzoeker. De gemeente heeft dus de GIR-procedure van haar agressiebeleid gebruikt na een hulpvraag. Om een probleem op te lossen waarvoor deze procedure niet is bedoeld. En zij heeft de GIR-melding er bovendien achteraf ‘bijgehaald’. Dat vindt de ombudsman kwalijk.

Ook ziet de ombudsman geen verband tussen de e-mailomleiding en het doel ervan. Een ordemaatregel heeft als doel medewerkers van de gemeente te beschermen. De GIR-melding ging niet over e-mailberichten van verzoeker aan de gemeente. De melding ging over haar gedrag tijdens een ontmoeting met een medewerker van de gemeente. De verzoeker heeft nooit e-mailberichten naar de gemeente gestuurd die agressief of grensoverschrijdend waren.

Raadsleden die e-mailberichten van verzoeker ontvingen, konden zien dat die berichten waren omgeleid. Er staat daarover namelijk een melding op omgeleide e-mailberichten. Zo kunnen raadsleden dus weten dat er iets tussen gemeente en verzoeker was gebeurd. Iets dat voor de gemeente aanleiding is geweest voor een omleiding. Dat raakt de privacy van de verzoeker.

Een omleiding raakt ook aan de vertrouwelijkheid van de berichten. E-mailberichten van burgers aan raadsleden zijn vertrouwelijk. Niemand, behalve het raadslid, mag weten dat het is verstuurd. De ombudsman vindt dat die vertrouwelijkheid nu in bepaalde situaties extra waarborg nodig heeft.

De ombudsman doet het college de aanbeveling
1. om de verzoeker een aangepaste reactie te sturen op haar klacht. En ook te reageren op haar verzoek om rectificatie; en
2. om afspraken te maken met alle diensten en organen die het mailadres @denhaag.nl gebruiken. Afspraken om de vertrouwelijkheid van omgeleide e-mailberichten extra te waarborgen.